wegwerpen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • weg·wer·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wegwerpen
wierp weg
weggeworpen
klasse 3 volledig

Werkwoord

wegwerpen [1]

  1. overgankelijk van zich af werpen
  2. zich van iets ontdoen (omdat het geen waarde meer heeft) meestal na een zeer beperkt aantal keren gebruikt te hebben
    • We leven nu in een wegwerpmaatschappij! 
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen