Naar inhoud springen

wangedrag

Uit WikiWoordenboek
Versie door MarcoSwart (overleg | bijdragen) op 8 sep 2018 om 00:00 (ref)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wan·ge·drag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wangedrag -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

wangedrag o

  1. gedrag dat tegen de regels van het fatsoen ingaat
    • Zijn wangedrag hangt me verschrikkelijk de keel uit. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen