verdunnen
Uiterlijk
| naamwoord van handeling | |
|---|---|
| zelfstandig | bijvoeglijk |
| verdunnen | verdunnend |
| verdunning | verdund |
- ver·dun·nen
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| verdunnen |
verdunde |
verdund |
| zwak -d | volledig | |
verdunnen
- ergatief dunner worden
- Er is geconstateerd dat het laagje slijm tussen de 2 gewrichten van de hoef en been verdund is.
- overgankelijk, (scheikunde) door toevoeging van oplosmiddel de concentratie verlagen
- Hij verdunde de oplossing tienvoudig.
- [1]: verdikken
- [2]: indikken, indampen, concentreren
- Het woord verdunnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verdunnen" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Scheikunde in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %