retina
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·ti·na
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het me Latijn, in de betekenis van ‘netvlies’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1734 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | retina | retina's |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. zie: netvlies
Gangbaarheid
- Het woord retina staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "retina" herkend door:
71 % | van de Nederlanders; |
70 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "retina" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ retina op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Spaans
enkelvoud | meervoud |
---|---|
retina | retinas |
Zelfstandig naamwoord
retina v
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Anatomie in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 71 %
- Prevalentie Vlaanderen 70 %
- Woorden in het Spaans
- Woorden in het Spaans van lengte 6
- Zelfstandig naamwoord in het Spaans
- Anatomie in het Spaans