Naar inhoud springen

martes

Uit WikiWoordenboek
  • IPA: /ˈmartes/

martes m

  1. dinsdag


Dagen in het Aragonees
lunes
maandag
martes
dinsdag
miércols
woensdag
chuebes
donderdag
biernes
vrijdag
sabado
zaterdag
domingo
zondag



  • IPA: /'maɾtes/

martes m

  1. dinsdag


Dagen in het Asturisch
llunes
maandag
martes
dinsdag
miércoles
woensdag
xueves
donderdag
vienres
vrijdag
sábadu
zaterdag
domingu
zondag



martes m

  1. dinsdag


Dagen in het Galicisch
luns
maandag
martes
dinsdag
mércores
woensdag
xoves
donderdag
venres
vrijdag
sábado
zaterdag
domingo
zondag



martes m

  1. dinsdag


Dagen in het Ladino
Traditioneel:
Israëlisch:
Turks:

lunes
lunes
lunes
maandag
martes
martes
martes
dinsdag
miercoles
mierkoles
mierkoles
woensdag
jueves
djueves, djugeves
cueves
donderdag
viernes
viernes
viernes
vrijdag
xabbat
shabat
şabat
zaterdag
alhad
alhad
alhad
zondag



  • IPA: /ˈmaɾtes/
  • mar·tes
enkelvoud meervoud
martes martes

martes m

  1. dinsdag


Dagen in het Spaans
lunes
maandag
martes
dinsdag
miércoles
woensdag
jueves
donderdag
viernes
vrijdag
sábado
zaterdag
domingo
zondag