kettingroker
Uiterlijk
- ket·ting·ro·ker
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘iem. die voortdurend rookt’ voor het eerst aangetroffen in 1961 [1]
- Naamwoord van handeling van kettingroken met het achtervoegsel -er
- samenstelling van ketting en roker [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kettingroker | kettingrokers |
verkleinwoord |
de kettingroker m
- iemand die de ene sigaret met de andere aansteekt en dus voortdurend rookt
- Benefits Street is een omstreden tv-serie van de commerciële zender Channel Four over een wijk met veel steuntrekkers: iedereen die in beeld komt is obees, verslaafd aan drank en drugs, seksueel deviant, kettingroker, crimineel of asociaal. De BBC had een soortgelijke show, People Like Us, en kwam in 2015 met het idee voor Britain’s Hardest Grafter, een afvalrace waar uit een groep werklozen, minimumlijders en andere non-valeurs de beste werknemer komt. „Fascistische televisie die armoede misbruikt als entertainment”, oordeelde Ken Loach in The Morning Star. [3]
- mannelijke vorm van kettingrookster
- Het woord kettingroker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kettingroker" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "kettingroker" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kettingroker op website: Etymologiebank.nl
- ↑ NRC Coen van Zwol 22 november 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be