ketting
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
-
[2]: Een schakelketting
-
[3]: Een aandrijfketting
-
[4]: Een halsketting
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ket·ting
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘samenstel van schakels’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1401 [1]
- met het achtervoegsel -ing[2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ketting | kettingen |
verkleinwoord | kettinkje | kettinkjes |
Zelfstandig naamwoord
- een aaneengesloten reeks van gelijksoortige elementen, feiten, acties, gebeurtenissen etc.
- Steeds meer kinderen haakten in en zo ontstond een levende ketting.
- (techniek) een stevige, maar buigzame verbinding van in elkaar grijpende ringen of achtvormige schakels
- Het schip werd aan de ketting gelegd.
- ▸ Soms ook gehuld in een schapevacht, een ruige muts op het hoofd en een ketting in de hand. Of verkleed als duivels... 'Zijn hier ook stoute kinderen? ??[3]
- (techniek), (werktuigbouwkunde) een eindeloze band van schakels met rollen of haken, die over kettingwielen gespannen, kracht overbrengt
- De ketting van mijn fiets moet nodig worden gespannen, hij loopt steeds van het kettingwiel af.
- een snoer bestaande uit een draad die door doorboorde kralen of andere voorwerpen gevoerd is
- Zij droeg een prachtige ketting met amethisten.
- (weverij) schering, de rechte draden waartussen de inslag ingeweven wordt
Synoniemen
- [1,2] keten
- [3] aandrijfketting, transmissieketting
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Verwante begrippen
- [1] domino-effect, herhaling, reeks, sliert, sleur, sneeuwbaleffect
- [2] D-sluiting, harpsluiting, kabel, schakel, schalm, sluiting, takel, touw, vastlegging
- [3] aandrijfriem, cardanas, heftruck, rupsband, sluitschakel, transmissie
- [4] halssnoer, rozenkrans
Uitdrukkingen en gezegden
- [1]: het schip is aan de ketting gelegd
gerechtelijke in beslag genomen
- [1]: van de ketting zijn
dollen als een losgelaten kettinghond
Vertalingen
1. een aaneengesloten reeks van gelijksoortige elementen, gebeurtenissen etc.
2. een stevige, maar buigzame verbinding van in elkaar grijpende ringen of achtvormige schakels
3. een eindeloze band van schakels met rollen of haken, die over kettingwielen gespannen, kracht overbrengt
4. een snoer bestaande uit een draad die door doorboorde kralen of andere voorwerpen gevoerd is
Gangbaarheid
- Het woord ketting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "ketting" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "ketting" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ ketting op website: Etymologiebank.nl
- ↑ “Het hele jaar rond: van Sinterklaas tot Sintemaarten” (1973), , p. 14
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Techniek in het Nederlands
- Werktuigbouwkunde in het Nederlands
- Weverij in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %