kameleontisch

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ka·me·le·on·tisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen kameleontisch kameleontischer
verbogen kameleontische kameleontischere
partitief kameleontisch kameleontischers -

Bijvoeglijk naamwoord

kameleontisch

  1. (figuurlijk) te snel de mening en gedrag aanpassen aan de omgeving
    • Na het weinig verheffende afserveren van de PvdA heeft Balkenende dus zijn heilig doel bereikt: een regering met de liberalen, aangevuld met een kameleontisch D66.. [1] 
  2. veelzijdig
    • Krenek stelde zijn brede stijlenpalet (van jazz tot Schubert, Schönberg en Stravinsky) in dienst van zijn reisobservaties; Boesch bleek daarvoor met zijn scherpe uithalen en fluwelig troostrijke laagte een kameleontische, ideale vertolker. [2] 
  3. opportunistisch
    • Door de eeuwen heen hebben wij geleerd dat een klein land met wereldwijde economische ambities niet over de machtsmiddelen van de groten beschikt om resultaat te boeken. Dat is ongetwijfeld de reden dat wij ons vaak kameleontisch hebben opgesteld: ons maximaal aanpassen aan de kleur van de omgeving om zo de ander te verleiden ons als voorkeurshandelspartner te zien. Meestal konden wij ze immers niet dwingen. [3] 
Synoniemen
Antoniemen


Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Volkskrant J. B. Bronsema 27 september 2003
  2. NRC Mischa Spel 1 december 2016
  3. Volkskrant Frans Timmermans 12 januari 2009