kala

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kala    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ka·la

Woordherkomst en -opbouw

• Herkomst: Hebreeuws

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	kala	kalot
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

kala v/m

1. (Jiddisch-Hebreeuws) bruid

Verwante begrippen

• Jiddisj: kalle

Gangbaarheid

• Het woord 'kala' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Fins

Uitspraak

• IPA: /ˈkɑlɑ/

Woordafbreking

• ka·la

Zelfstandig naamwoord

kala

1. (dierkunde) vis

Toki Pona

kala in Sitelen Pona

Uitspraak

• Geluid:  kala    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈkala/

Woordafbreking

• ka·la

Woordherkomst en -opbouw

• van Fins kala "vis"

Zelfstandig naamwoord

kala

1. (dierkunde) zeedier, zoals een vis

Bijvoeglijk naamwoord

kala

1. aquatisch, marien