Naar inhoud springen

hive

Uit WikiWoordenboek
  • hi·ve
  • [1-3]: Afkomstig van het Engelse woord heave.
  • [4]: Een klanknabootsend woord (onomatopee).
Naar frequentie 9413
vervoeging
onbepaalde wijs hive
tegenwoordige tijd hiver
verleden tijd hivde
heiv
hev
voltooid
deelwoord
hevd
onvoltooid
deelwoord
hivende
lijdende vorm hives
gebiedende wijs hiv
vervoegingsklasse Klasse 3 zwak
opmerking

hive

  1. overgankelijk gooien, smijten, weggooien, werpen
  2. overgankelijk, (scheepvaart) tillen, verhogen (met touw of trossen)
  3. overgankelijk, (scheepvaart) slingeren (van een boot, een schip)
  4. onovergankelijk, (figuurlijk) hijgen
  • [2]: hive anker
het anker op gaan


  • hi·ve
  • [1-3]: Afkomstig van het Engelse woord heave.
  • [4]: Een klanknabootsend woord (onomatopee).
vervoeging
onbepaalde wijs hive
hiva
tegenwoordige tijd hiver
verleden tijd hivde
voltooid
deelwoord
hivd
hivt
hive
onvoltooid
deelwoord
hivande
lijdende vorm hivast
gebiedende wijs hiv
vervoegingsklasse Klasse 3 zwak
opmerking

hive

  1. overgankelijk gooien, smijten, weggooien, werpen
  2. overgankelijk, (scheepvaart) tillen, verhogen (met touw of trossen)
  3. overgankelijk, (scheepvaart) slingeren (van een boot, een schip)
  4. onovergankelijk, (figuurlijk) hijgen
  • [2]: hive anker
het anker op gaan

hive

  1. voltooid deelwoord van hive