dierbaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dier·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | dierbaar | dierbaarder | dierbaarst |
verbogen | dierbare | dierbaardere | dierbaarste |
partitief | dierbaars | dierbaarders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
dierbaar [2]
- waaraan men grote waarde hecht en waarvan je veel houdt
- Een dierbare vriend van ons is komen te overlijden.
- ▸ Het eerste lichamelijke contact sinds dagen. Het voelde prettig aan. Alsof ze iets dierbaars had teruggevonden en dit aan haar borst drukte.[3]
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. waaraan men grote waarde hecht
Gangbaarheid
- Het woord dierbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "dierbaar" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ dierbaar op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht, ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -baar in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %