dakgoot
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dak·goot
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dak en goot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dakgoot | dakgoten |
verkleinwoord | dakgootje | dakgootjes |
Zelfstandig naamwoord
- (bouwkunde) een langgerekte bakvormige of halfronde constructie voor het van het dak afvoeren van hemelwater
- Omdat de dakgoot lekte, stonden er plassen op het terras.
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een langgerekte bakvormige of halfronde constructie voor het afvoeren van (regen)water dat van het dak komt
Gangbaarheid
- Het woord dakgoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dakgoot" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be