cum

Latijn

Voorzetsel

cŭm + ablatief

1. (samen) met

   «Cum Nerone.»

   Met Nero.

Voegwoord

cum; voegwoord met de indicativus

1. wanneer, toen

cum; voegwoord met de coniunctivus

1. toen, nadat
2. omdat
3. hoewel

Engels

Uitspraak

• Geluid:  cum (VS)    (hulp, bestand)
• IPA: /kʌm/

Woordafbreking

• cum

Woordherkomst en -opbouw

• van  come ww  in de betekenis "klaarkomen"

vervoeging
onbepaalde wijs	to  cum
he/she/it	cums
verleden tijd	came
voltooid deelwoord	came
onvoltooid deelwoord	cumming
gebiedende wijs	cum

Werkwoord

cum

1. onovergankelijk (seksualiteit) (vulgair) klaarkomen

enkelvoud	meervoud
cum	-

Zelfstandig naamwoord

cum

1. (seksualiteit) (vulgair) ejaculatie
2. (seksualiteit) (vulgair) sperma