boordcomputer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- boord·com·pu·ter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van boord en computer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boordcomputer | boordcomputers |
verkleinwoord | boordcomputertje | boordcomputertjes |
Zelfstandig naamwoord
de boordcomputer m
- (techniek) (informatica) computer aan boord van een vaartuig of voertuig als mechanisch besturings-, navigatie- of controlesysteem
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord boordcomputer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.