afbeelding

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·beel·ding
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van afbeelden met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud meervoud
naamwoord afbeelding afbeeldingen
verkleinwoord afbeeldinkje afbeeldinkjes

Zelfstandig naamwoord

de afbeeldingv

  1. een grafisch beeld
    • In welk formaat slaat u uw afbeeldingen altijd op, JPG of PNG? 
     In de verte kabbelden de golven van een azuurblauwe zee. Een afbeelding die uit elke willekeurige reisgids kon zijn overgenomen.[1]
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. All-inclusive” op Wikipedia (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht, ISBN 90-229-9182-2
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be