Naar inhoud springen

aanvechten

Uit WikiWoordenboek
  • aan·vech·ten
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanvechten
vocht aan
aangevochten
klasse 3 volledig

aanvechten

  1. overgankelijk betwisten
    • Hij vocht het oordeel aan bij de rechter. 
    • De student vocht de onvoldoende die hij gekregen had aan bij de examencommissie. 
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be