Schteeesel
Uiterlijk
- Schtee·esel
enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
---|---|---|---|---|
nominatief | en Schteeesel | der Schteeesel | Schteeesel | die Schteeesel |
datief | me Schteeesel | em Schteeesel | Schteeesel | de Schteeesel |
accusatief | en Schteeesel | der Schteeesel | Schteeesel | die Schteeesel |
Schteeesel, m
-
En Schteeesel
Een mannetjesezel
- Duits: Eselhengst zn , m
- Engels: male donkey zn , jackass zn
Categorieën:
- Woorden in het Pennsylvania-Duits
- Woorden in het Pennsylvania-Duits van lengte 10
- Woorden in het Pennsylvania-Duits met audioweergave
- Woorden in het Pennsylvania-Duits met IPA-weergave
- Samenstelling in het Pennsylvania-Duits
- Pennsylvania-Duitse woorden naar herkomst uit het Duits
- Zelfstandig naamwoord in het Pennsylvania-Duits
- Landbouw in het Pennsylvania-Duits