Japanse abrikoos

Nederlands

Bloesem

Uitspraak

• Geluid:  Japanse abrikoos    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• Ja·pan·se abri·koos

Woordherkomst en -opbouw

• verbinding van  Japanse  en abrikoos

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	Japanse abrikoos	Japanse abrikozen
verkleinwoord	Japans abrikoosje	Japanse abrikoosjes

Zelfstandig naamwoord

Japanse abrikoos m

1. (bloemplanten) Prunus mume  een Oost-Azië boom uit de rozenfamilie (Rosaceae ) onder het prunus-geslacht. Deze soort is meer verwant aan de abrikoos dan aan de pruim, maar wordt desondanks in veel publicaties als pruim aangeduid. In het Japans worden de boom en de vruchten ervan ume (kanji: ; hiragana: うめ) genoemd. In China wordt de boom méi () genoemd en de bloesem méihuā (梅花)

Hyperoniemen

• prunus, rozenfamilie, zaadplanten, fabiden, rosiden, bedektzadigen, landplanten, planten

Gangbaarheid

• Het woord 'Japanse abrikoos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [1] Japanse abrikoos op Wikidata