Centraal Planbureau

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Cen·traal Plan·bu·reau
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Centraal Planbureau -
verkleinwoord - -

Eigennaam

Centraal Planbureau o

  1. (regering) (economie) (Nederland) zelfstandig werkende organisatie waar economen nationaal beleid op sociaal-economisch gebied ondersteunen met vooruitberekeningen en evaluaties
    Traditioneel kunnen landelijke politieke partijen de gevolgen van hun verkiezingsprogramma ook door het planbureau laten doorrekenen.
     De economen van het Centraal Planbureau stelden donderdag hun raming voor de economie opnieuw bij.[1]
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 4 juni 2021 Weblink bron
    Marike Stellinga
    “Coronasteun afbouwen of niet?” (27 november 2020) op nrc.nl op Wikipedia