zoutvaatje

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zout·vaat·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord zoutvaatje zoutvaatjes

Zelfstandig naamwoord

het zoutvaatjeo dim. tant.

  1. (huishouden) bakje met een geperforeerde bovenkant voor het strooien en bevatten van keukenzout
    • Kun je mij even het zoutvaatje aangeven? 
Synoniemen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

het zoutvaatjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zoutvat

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be