witstaartkuifvliegenvanger
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- wit·staart·kuif·vlie·gen·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | witstaartkuifvliegenvanger | witstaartkuifvliegenvangers |
verkleinwoord | witstaartkuifvliegenvangertje | witstaartkuifvliegenvangertjes |
Zelfstandig naamwoord
de witstaartkuifvliegenvanger m
- (zangvogels) Elminia albicauda een zangvogel uit de familie Stenostiridae . Deze soort komt voor van Angola tot zuidwestelijk Oeganda, Tanzania en noordelijk Mozambique
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'witstaartkuifvliegenvanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.