waarschijnlijkheid
Uiterlijk
- waar·schijn·lijk·heid
- afgeleid van waarschijnlijk met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waarschijnlijkheid | waarschijnlijkheden |
verkleinwoord | - | - |
de waarschijnlijkheid v
- het vermoedelijk zo zijn
- buitenkans, kansberekening, kanshebber, kansloosheid, kansmogelijkheid, kansongelijkheid, kanspaard, kansrekening, kansspel, kansspeler, kansverdeling, kanswisseling, waterkans
- waarschijnlijkheidsdichtheid, waarschijnlijkheidsleer, waarschijnlijkheidsrekening, waarschijnlijkheidstheorie, waarschijnlijkheidsverdeling
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord waarschijnlijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.