tegenhanger
Uiterlijk
- Geluid: tegenhanger (hulp, bestand)
- te·gen·han·ger
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tegenhanger | tegenhangers |
verkleinwoord | tegenhangertje | tegenhangertjes |
de tegenhanger m
- iemand of iets met vergelijkbare functie of eigenschappen aan gene zijde van een scheidslijn
- De Australische mierenegel en de Zuid-Amerikaanse miereneter zijn elkaars tegenhangers: ze hebben een vergelijkbare levenswijze, maar ze zijn nauwelijks aan elkaar verwant.
1. iemand of iets met vergelijkbare functie of eigenschappen aan gene zijde van een scheidslijn
- Het woord tegenhanger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tegenhanger" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be