taalgebruik

Uit WikiWoordenboek
Versie door Snorrebot (overleg | bijdragen) op 13 jun 2019 om 01:32 (→‎top: vervanging sjabloon samenstelling)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • taal·ge·bruik
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord taalgebruik taalgebruiken
verkleinwoord taalgebruikje taalgebruikjes

Zelfstandig naamwoord

taalgebruik o

  1. de manier waarop een taal wordt gebruikt b.v. vulgair, informeel, ongemarkeerd, formeel of archaïsch
    • Het geheim van dit lied is dus het taalgebruik van Maaike Ouboter, noem het Ouboteriaans, maar natuurlijk ook de manier waarop ze het zingt. Technisch niet eens perfect, dat geeft ze zelf ook toe, maar wel met een intensiteit en bezieling dat het lijkt alsof ze zelf even de engel wordt waarvan ze heeft gedroomd. [1] 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Spits, Frits
    De Standaards van Spits [2015] ISBN 978-90-245-6871-0 pagina 363
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be