steenkruidkers

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  steenkruidkers    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• steen·kruid·kers

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  steen,   kruid  en  kers zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	steenkruidkers	steenkruidkersen
verkleinwoord	steenkruidkersje	steenkruidkersjes

Zelfstandig naamwoord

de steenkruidkers v / m

1. (bloemplanten) Lepidium ruderale  een een- of tweejarig plantje met een hoogte van 10 tot 35 cm, en een onaangename geur. Het behoort tot de kruisbloemenfamilie. Het vormt een rozet van blaadjes die los van elkaar staan op lange steeltjes. In het midden van de rozet vormt zich een rechte, vertakte stengel met spatelvormige blaadjes en langwerpige trosjes groenige bloemen zonder kroonblad. Het plantje bloeit van de lente tot de herfst

Hyperoniemen

• kruidkers, kruisbloemenfamilie, zaadplanten, malviden, rosiden, bedektzadigen, landplanten, planten

Gangbaarheid

• Het woord 'steenkruidkers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [1] steenkruidkers in het Nederlands Soortenregister N
• [1] steenkruidkers op Wikidata
• [1] steenkruidkers op "Wilde planten in Nederland en België" ♣