roodbuikmiersluiper
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- rood·buik·mier·slui·per
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van rood bn, buik zn en miersluiper zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | roodbuikmiersluiper | roodbuikmiersluipers |
verkleinwoord | roodbuikmiersluipertje | roodbuikmiersluipertjes |
Zelfstandig naamwoord
de roodbuikmiersluiper m
- (zangvogels) Isleria guttata een zangvogel uit de familie Thamnophilidae . Deze soort komt voor van Z-Venezuela tot de Guyana's en amazonisch NO-Brazilië
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'roodbuikmiersluiper' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.