Naar inhoud springen

rekenaar

Uit WikiWoordenboek
  • re·ke·naar
enkelvoud meervoud
naamwoord rekenaar rekenaars
verkleinwoord - -

derekenaarm

  1. (informatica) apparaat waarmee men kan rekenen, computer
  2. (wiskunde) (beroep) iemand die beroepshalve de numerieke wiskunde beoefent
96 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.[2]
enkelvoud meervoud
naamwoord rekenaar rekenaars

rekenaar

  1. (informatica) computer m; een machine die berekeningen uit kan voeren.