opengaan
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- open·gaan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van open en gaan
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
opengaan |
ging open |
opengegaan |
klasse 7 | volledig |
Werkwoord
opengaan
- ergatief zich openen
- Er is hier op de hoek net een nieuwe winkel opengegaan.
- ▸ Rijkswaterstaat heeft vervanging gezocht. "Het is altijd even puzzelen. We hopen hem snel weer open te zetten", zei de woordvoerder. Rijkswaterstaat verwachtte eerder vanochtend dat de tunnel rond 08.00 uur weer open zou gaan, maar dat is niet gelukt. Later stelde Rijkswaterstaat die verwachting bij naar 09.00 uur.[1]
- ▸ Toen het loket in maart voor de eerste keer openging, was het geld ook binnen enkele uren vergeven. Door de grote toestroom ontstonden toen zelfs IT-problemen.[2]
Uitdrukkingen en gezegden
- deuren die voor iemand opengaan
dat iemand makkelijk contact maakt met mensen die niet makkelijk te benaderen zijn
- • Een kwetsbaarheid die ruimte schept zodat deuren eerder voor hem opengaan. [3]
Vertalingen
1. zich openen
Gangbaarheid
- Het woord opengaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "opengaan" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “Ketheltunnel dicht tijdens ochtendspits vanwege ziekmeldingen, inmiddels weer open” (16 mei 2022), NOS
- ↑
Weblink bron “STAP-budget al binnen 2,5 uur op door stortvloed aan aanvragen” (01 juli 2022), NU.nl
- ↑ Tim Voors: Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada, 2018
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 7 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %