ondervragen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·vra·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ondervragen
ondervraagde
ondervroeg
ondervraagd
klasse 6

zwak -d
gemengd

volledig

Werkwoord

ondervragen

  1. overgankelijk iemand aan een intensieve reeks vragen onderwerpen
    • De politie ondervroeg de verdachte opnieuw. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen