Naar inhoud springen

octrooi

Uit WikiWoordenboek
Versie door MarcoSwart (overleg | bijdragen) op 5 aug 2019 om 16:50 (typo)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oc·trooi
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord octrooi octrooien
verkleinwoord octrooitje octrooitjes

Zelfstandig naamwoord

octrooi o

  1. machtiging om een bepaalde tijd als enige, met uitsluiting van anderen, van een uitvinding te kunnen profiteren
    • Wie een octrooi aanvraagt, moet tot in detail openbaar maken hoe zijn uitvinding tot stand is gekomen. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen