korenwolf

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

korenwolf in graanveld
Uitspraak
Woordafbreking
  • ko·ren·wolf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord korenwolf korenwolven
verkleinwoord korenwolfje korenwolfjes

Zelfstandig naamwoord

de korenwolfm

  1. (knaagdieren) zeldzame wilde hamster (Cricetus cricetus op Wikispecies), die leeft in korenvelden
    • Het moet een eigenaardig gezicht zijn voor de spaarzame wandelaars op het Pieterpad die de regen trotseren: vijf mannen met paraplu's, die gebogen over een akker op de Kollenberg bij Sittard lopen op zoek naar iets. Dat iets is een burcht van een korenwolf (officiële naam: Cricetus cricetus, Europese hamster). [2] 
    • Bekende Nederlanders brengen de nacht door in een caravan om te protesteren tegen het uitsterven van de korenwolf.
      [3]
       
Hyperoniemen
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
49 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Volkskrant Caspar Janssen 11 juli 2013
  3. NRC Koen Greven 11 mei 1999
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be