kalanderleeuwerik
Uiterlijk
- ka·lan·der·leeu·we·rik
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kalanderleeuwerik | kalanderleeuweriken |
verkleinwoord | kalanderleeuwerikje | kalanderleeuwerikjes |
de kalanderleeuwerik m
- (zangvogels) Melanocorypha calandra een vogel uit de familie van de leeuweriken (Alaudidae). De leeuwerik leeft op graslanden en graanvelden in Zuid-Europa tot in West-Azië
- Het woord 'kalanderleeuwerik' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.