journaliste

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jour·na·lis·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord journaliste journalistes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

journaliste v

  1. (beroep) (media) vrouw die journalist is
    • Een journalist of journaliste is een beroepsbeoefenaar die nieuwsfeiten verzamelt over recente gebeurtenissen van algemeen belang, die deze feiten onderzoekt of analyseert en daarover publiceert in een actueel (nieuws)medium. 
    • Fluisterend vertelt ze dat ze de dokter het liefst om "een spuitje" had gevraagd. De journaliste naast haar bed schrikt en vraagt of er dan helemaal niets is waar ze de vrouw een plezier mee kan doen. "Een mango", antwoordt Coolen tot ieders verrassing. [1] 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tubantia H. van Houwelingen 5 juni 2018 Hoe één mango België in de ban kreeg
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be