iepenfamilie
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- ie·pen·fa·mi·lie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | iepenfamilie | |
verkleinwoord | iepenfamilietje | iepenfamilietjes |
Zelfstandig naamwoord
de iepenfamilie v
- (bloemplanten) een familie Ulmaceae van bomen. De familie komt voornamelijk voor in gematigde streken van het noordelijk halfrond. In Nederland komt alleen het geslacht iep (Ulmus ) voor. Veel iepen zijn slachtoffer geworden van de iepziekte, een schimmelaandoening
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Gangbaarheid
- Het woord 'iepenfamilie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] iepenfamilie in het Nederlands Soortenregister N
- [1] iepenfamilie op Wikidata