handenarbeid

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • han·den·ar·beid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handenarbeid -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de handenarbeidm

  1. een schoolvak waarbij leerlingen eenvoudige ambachtelijke werkjes maken
    • Ik heb zoooo geen zin in handenarbeid vandaag. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be