geelrugwielewaal
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- geel·rug·wie·le·waal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geelrugwielewaal | geelrugwielewalen |
verkleinwoord | geelrugwielewaaltje | geelrugwielewaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
de geelrugwielewaal m
- (zangvogels) Oriolus xanthonotus een zangvogel uit de familie Oriolidae (Wielewalen en vijgvogels). Deze soort komt voor in Zuidoost-Azie via Borneo en de Filipijnen en telt 4 ondersoorten
Hyperoniemen
- wielewalen, wielewalen en vijgvogels, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'geelrugwielewaal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.