gedrevenheid
Uiterlijk
- ge·dre·ven·heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gedrevenheid | |
verkleinwoord |
de gedrevenheid v
- ergens veel energie en aandacht aan kunnen en willen geven
- De proloog begint heftig, als een actiefilm. Drie mensen in een auto die halsoverkop Londen uitrijden, met een koffer vol geld. Niet hun geld, waarschijnlijk, waarom zouden ze anders zo’n haast hebben, waarom zouden ze anders zo nerveus zijn? De rest van deze roman, vertaald door Roos van de Wardt en Astrid Huisman, onthult hoe het zover is gekomen. Kate Tempest (1985) heeft in Groot-Brittannië haar sporen verdiend als rapper en dichter; haar poëzie werd in 2012 bekroond met de Ted Hughes Award. De stenen die de huizen bouwen is haar romandebuut. En de gedrevenheid van haar poëzie kenmerkt haar proza. [1]
- geestdrift, hartstocht, passie, enthousiasme, bezieling, gretigheid, felheid, gepassioneerdheid, verzotheid, bewogenheid
- Het woord gedrevenheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gedrevenheid" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ NRC Rob van Essen 1 januari 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be