dolk
Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
- dolk
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘steekwapen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1513 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dolk | dolken |
verkleinwoord | dolkje | dolkjes |
Zelfstandig naamwoord
dolk m
- kort steekwapen in de vorm van een stevig mes
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord dolk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "dolk" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "dolk" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044625691
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be