Naar inhoud springen

budsjett

Uit WikiWoordenboek


  • bud·sjett
  • Woord afkomstig uit het Frans, dat uit het Engels komt, oorspronkelijk afkomstig van het Oudfranse woord  bougette zn  'leren zakje', misschien uit het Keltisch van oorsprong
Naar frequentie 14172
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   budsjett     budsjettet     budsjett
budsjetter  
  budsjetta
budsjettene  
genitief   budsjetts     budsjettets     budsjetts
budsjetters  
  budsjettas
budsjettenes  

budsjett, o

  1. (financieel) begroting, budget
    «Budsjettet balanserer med en brutto inntekt og utgift på 1.126.915 kroner.»
    Het budget is in evenwicht met de inkomsten en uitgaven van 1.126.915 Noorse kronen.
  • balansert budsjett
evenwicht budget

budsjett

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van budsjett


  • bud·sjett
  • Woord afkomstig uit het Frans, dat uit het Engels komt, oorspronkelijk afkomstig van het Oudfranse woord  bougette zn  'leren zakje', misschien uit het Keltisch van oorsprong
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   budsjett     budsjettet     budsjett     budsjetta  

budsjett, o

  1. (financieel) begroting, budget

budsjett

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van budsjett