breedvoerig
- Geluid: breedvoerig (hulp, bestand)
- IPA: / bretˈfurəx / (3 lettergrepen)
- breed·voe·rig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | breedvoerig | breedvoeriger | breedvoerigst |
verbogen | breedvoerige | breedvoerigere | breedvoerigste |
partitief | breedvoerigs | breedvoerigers | - |
breedvoerig
- tijd en ruimte nemend om alle kanten uitgebreid te bezien
- Hij heeft daarover een breedvoerige verhandeling geschreven.
1. tijd en ruimte nemend om alle kanten uitgebreid te bezien
breedvoerig
- op breedvoerige wijze
- De kundige Schryver van dezelve, die zich onder de zinspreuk: Tendimus ad coelestem Patriam, verbergt, is de eerste, die dit onderwerp bepaald en breedvoerig behandelt.[2]
1. op breedvoerige wijze
- Het woord breedvoerig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "breedvoerig" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ breedvoerig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Brieven over verscheide onderwerpen. Deel 3
Rhijnvis Feith 1787 - ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ig in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Bijwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 82 %
- Prevalentie Vlaanderen 82 %