Naar inhoud springen

binnenkort

Uit WikiWoordenboek
Versie door Snorrebot (overleg | bijdragen) op 13 jun 2019 om 00:58 (→‎top: vervanging sjabloon samenstelling)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bin·nen·kort
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

binnenkort

  1. binnen afzienbare tijd
    • Dat gebouw wordt binnenkort gesloopt. 
    • Ze zouden binnenkort gaan trouwen, maar door de ziekte van de moeder van de bruid hebben ze het feest uitgesteld naar een later tijdstip. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be