bewering

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bewering    (hulp, bestand)
• IPA:
  • (Noord-Nederland): /bə.ˈʋɪː.rɪŋ/
  • (Vlaanderen, Brabant): /bə.ˈβ̞eː.rɪŋ/
  • (Limburg): /bə.ˈweː.rɪŋ/

Woordafbreking

• be·we·ring

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van beweren met het achtervoegsel -ing.

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bewering	beweringen
verkleinwoord	bewerinkje	bewerinkjes

Zelfstandig naamwoord

bewering v

1. een stellige verklaring dat iets zo is, vaak zonder het geven van de redenen waarom, mening, propositie

   • De bewering dat Wikipedia nooit van de grond zou komen is inmiddels wel weerlegd. 

   ▸ Hij klakte hard met zijn tong om zijn bewering van meer cachet te voorzien.

Vertalingen

    1. een stellige verklaring dat iets zo is, vaak zonder het geven van de redenen waarom   

Engels: claim (en), assertion (en)

Spaans: aserto (es) m, afirmación (es) v, aserción (es) v

Gangbaarheid

• Het woord bewering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "bewering" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.