amortiseren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: amortiseren (hulp, bestand)
Woordafbreking
- amor·ti·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
amortiseren |
amortiseerde |
geamortiseerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
amortiseren [3]
- overgankelijk gerechtelijk van onwaarde verklaren
- overgankelijk aflossen
- overgankelijk bij biljart (de speelbal) stilleggen (door met deze speelbal een aangespeelde bal te raken)
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord amortiseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "amortiseren" herkend door:
47 % | van de Nederlanders; |
66 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ amortiseren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -iseren in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 47 %
- Prevalentie Vlaanderen 66 %