ambassadrice

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • am·bas·sa·dri·ce
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ambassadrice ambassadrices
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de ambassadricev

  1. (beroep), (diplomatie) vrouwelijke vorm van ambassadeur
    • We zullen waarschijnlijk nog een paar jaar moeten wachten op de eerste ambassadrice van Saoedi-Arabië. 
Vertalingen

Gangbaarheid

88 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be