albumine
Uiterlijk
- al·bu·mi·ne
- In de betekenis van ‘in water oplosbaar eiwit’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- uit het Frans albumine, afgeleid van Latijn albumen [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | albumine | - |
verkleinwoord | - | - |
1. in water oplosbaar eiwit dat veel in bloed voorkomt
- Het woord albumine staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "albumine" herkend door:
35 % | van de Nederlanders; |
56 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "albumine" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ albumine op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be