Hals

Uit WikiWoordenboek

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Hals
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud
(onbepaald)
enkelvoud
(bepaald)
meervoud
(onbepaald)
meervoud
(bepaald)
nominatief en Hals der Hals Hels die Hels
datief me Hals em Hals Hels de Hels
accusatief en Hals der Hals Hels die Hels

Zelfstandig naamwoord

Hals, m

  1. (anatomie) hals
  2. (anatomie) keel
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Opmerkingen