Grapengiesser
Nederlands
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
- Ontleend aan de Noord-Duitse familienamen Grapengießer zn en Grapengiesser zn
Eigennaam
Grapengiesser
- (familienaam) een Nederlandse familienaam
Schrijfwijzen
Verwijzingen
Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- Gra·pen·gie·ßer
Woordherkomst en -opbouw
m | enkelvoud |
---|---|
nominatief | der Grapengiesser |
genitief | des Grapengiesser |
datief | dem Grapengiesser |
accusatief | den Grapengiesser |
v | enkelvoud |
---|---|
nominatief | die Grapengiesser |
genitief | der Grapengiesser |
datief | der Grapengiesser |
accusatief | die Grapengiesser |
Eigennaam
Grapengiesser, m (mannelijk) / v (vrouwelijk)
- (familienaam) een Noord-Duitse familienaam
- Karl Johann Christian Grapengiesser, (1773-1813), een Duitse arts en professor in Berlijn
Schrijfwijzen
- Grapengiesser zn (oudere woordvorm: Grapengieszer)
- Grapengieter zn (Nederlandse woordvorm)
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie. (Trefwoord: Karl Johann Christian Grapengiesser; in het Duits)
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Eigennaam in het Nederlands
- Familienaam in het Nederlands
- Woorden in het Duits
- Woorden in het Duits van lengte 13
- Woorden in het Duits met audioweergave
- Woorden in het Duits met IPA-weergave
- Samenstelling in het Duits
- Eigennaam in het Duits
- Familienaam in het Duits