Ampelanlage

Uit WikiWoordenboek

Duits

Uitspraak
  • IPA: / ˈampəlanlaːgə /
Woordafbreking
  • Am·pel·an·la·ge
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie zeldzaam
enkelvoud meervoud
nominatief die Ampelanlage die Ampelanlagen
genitief der Ampelanlage der Ampelanlagen
datief der Ampelanlage den Ampelanlagen
accusatief die Ampelanlage die Ampelanlagen

Zelfstandig naamwoord

Ampelanlage, v

  1. (verkeer) verkeerslicht
    «Der Schulausschuss des Stadrats einigte sich gestern auf die Errichtung einer Ampelanlage am Fußgängerüberweg der Volksschüler.»
    Gisteren heeft de schoolcommissie van de gemeenteraad overeenstemming bereikt over de aanleg van een verkeerslicht bij de zebrapad voor basisschoolleerlingen.
Typische woordcombinaties
  • die Ampelanlage wird gewartet
  • die Ampelanlage ist ausgefallen
  • eine Ampelanlage wird stillgelegt
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen