Naar inhoud springen

-andla

Uit WikiWoordenboek
7 8 enkelvoud meervoud
nominatief isandla izandla
vocatief sandla zandla
locatief esandleni ezandleni
predicaat sisandla zizandla
negatief
predicaat
asisandla azizandla

ísándlà 7

  1. (anatomie) hand

izandla 8

  1. handen

amandla 6

  1. macht
    «Amandla ngawethu![1]»
    De macht is van ons!
collectivum
nominatief amandla
vocatief mandla
locatief emandleni
predicaat ngamandla
negatief
predicaat
asingomandla
  1. Een strijdkreet uit de strijd tegen de apartheid.