zwartkijker
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwartkijker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwart·kij·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zwart en kijker
- Naamwoord van handeling van zwartkijken met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwartkijker | zwartkijkers |
verkleinwoord | zwartkijkertje | zwartkijkertjes |
Zelfstandig naamwoord
zwartkijker m
- een pessimist
- zwartkijkers staan vaak niet volop in het leven.
- ▸ In Tain l'Hermitage wordt elk jaar zo'n file nagebootst met klassieke voertuigen. Vaak dragen chauffeurs en passagiers kleding uit de jaren vijftig en zestig, terwijl ze begeleid worden door gendarmes in originele uniformen, op klassieke motorfietsen. Van levensader tot nostalgisch themapark, een zwartkijker zou in de Nationale 7 een metafoor voor Frankrijk kunnen zien.[1]
- iemand die een televisietoestel in huis heeft zonder kijkgeld te betalen
- Televisiemaatschappijen krijgen steeds meer te maken met zwartkijkers.
Vertalingen
1. pessimist
Gangbaarheid
- Het woord zwartkijker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "zwartkijker" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron
Peter Giesen“Route Nationale 7, leuker dan de Route du Soleil” (30 juli 2014), de Volkskrant - ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be